OSART-Dodewaard naar Kamer

23 juni 1987

Het rapport van het OSART team wordt aangeboden aan de Tweede Kamer. Het Operational Safety Review Team van de IAEA heeft de veiligheid van de centrale in Dodewaard onder de lopen genomen tijdens hun bezoek 27 april tot 15 mei. Een persbericht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vertaald de IAEA conclusie: “De bedrijfsveiligheid van de kerncentrale in Dodewaard benadert een hoog-niveau."(in het rapport zelf staat ‘a higher level’) "Het personeel doet nauwgezet en toegewijd zijn werk en de installatie verkeert in goede staat van onderhoud.“ Toch, zo zegt het IAEA na al die lovende woorden, moet het personeel beter getraind worden, moeten procedures verder ingevuld worden, bezetting van de wacht in de regelkamer geformaliseerd worden, en een automatische blokkering van de lozing bij overschrijding van de normen aanbevolen. Het GKN wordt gevraagd een uitgebreid werkplan op te stellen. Milieudefensie zegt geschrokken te zijn van het rapport omdat daarin alleen rekening gehouden wordt met ongelukken waarbij weinig radioactiviteit vrijkomt. Als er bij een ongeluk grote hoeveelheden radioactiviteit vrijkomt zijn de veiligheidsmaatregelen onvoldoende. Uiteindelijk verklaart de Raad van State in maart 1988 Milieudefensie niet-ontvankelijk; alleen een burgemeester mag om de sluiting van een kerncentrale vragen. De RvS behandelt de zaak niet inhoudelijk en blokkeert daarmee “de meest logische rechtsgang om de sluiting van een bestaande kerncentrale op grond van nieuwe wetenschappelijke gegevens te bewerkstelligen”, zegt Milieudefensie in een reactie. Doordat de Afdeling Geschillen van Bestuur van de RvS een fout heeft gemaakt bij de publicatie van de uitspraak zal in 1989 de Raad van State alsnog inhoudelijk de zaak bekijken.