22 september 2002
De rechtbank in Den Bosch oordeelt in de rechtzaak tussen de Staat en EPZ dat er in civielrechtelijke zin geen afspraak bestond over de sluitingsdatum van de kerncentrale, enkel in bestuursrechtelijke zin. Hoewel de rechter in haar beslissing oordeelt dat er wel een afspraak over vervroegde sluiting was gemaakt en ook dat beide partijen (SEP en staat) daar tevreden mee waren en zeiden het niet aan te zullen vechten, is er geen civielrechtelijk contract getekend dat die afspraak vastlegt. Hierdoor is er geen dwangmiddel meer over “om de beëindiging van de bedrijfsduur per ultimo 2003 te effectueren“ zoals een minister dat later uitlegt.
De uitspraak van de rechtbank in Den Bosch [html]