- Locatiekeuze:
- discussie over en procedures om een specifieke locatie te vinden voor een specifieke bezigheid
Borssele ‘niet zo geschikt’ als locatie kerncentrale
De Rijksplanologische Dienst heeft de mogelijke locaties voor de bouw van kerncentrales nader bekeken en vindt dat er geen overwegende bezwaren zijn uit het oogpunt van ruimtelijke ordening. De RPD vindt het Zeeuwse Bath/Hoedekenskerke het meest geschikt, maar evacuatie in geval van een ramp is problematisch. Borssele is niet zo geschikt, wegens de hoge bevolkingsconcentratie in de nabije steden Vlissingen en Middelburg. De regering zal de uitkomsten meenemen in haar afweging later in het jaar.
Op zoek naar locatie centrale afvalopslag
De regering concludeert, op basis van advies van MINSK (‘Mogelijkheden van Interimopslag in Nederland van Bestraalde Splijtstof Elementen en/of Kernsplijtingsafval’) het onderzoek naar interim-opslag als afgerond te beschouwen en dat de bouw van een dergelijke faciliteit noodzakelijk is. De Covra zal de realisatie daarvan verzorgen, waarbij uit verschillende opties een keuze gemaakt dient te worden, vooral gebaseerd op technisch-economische overwegingen. Voor de vestigingsplaats zal LOFRA advies uitbrengen. Het is uitdrukkelijk de bedoeling dat al het in Nederland geproduceerde afval (dus ook laag- en middenactief afval) op hetzelfde terrein opgeslagen zal worden onder verantwoordelijkheid van Covra.
Aankondiging nieuwe kerncentrales
Officieel heet het: ‘Regeringsstandpunt met betrekking tot Eindrapport van de Maatschappelijke Discussie Energiebeleid’. De ministerraad besluit “minimaal 2 kerncentrales te bouwen met een minimale gezamenlijke capaciteit van 2500MW“ maar houdt ook de mogelijkheid open voor uitbreiding naar 4000 MW. Het wordt voorgesteld als een troef van het diversificatiebeleid. De voorkeur gaat uit naar Borssele als eerste vestigingsplaats. Daarnaast worden vijf andere locaties genoemd: Noordoostpolder, Eemshaven, Maasvlakte, Moerdijk en Ketelmeer. Als de Kamer akkoord gaat wordt de PKB-procedure ingang gezet om tot de meest geschikte vestigingsplaats(en) te komen. De PKB kan tegen het eind van het jaar afgerond worden, zo wordt verwacht.
Het Kabinet heeft haast. Men kiest er niet voor eerst een principe besluit te nemen en dan na politieke instemming te starten met een implementatietraject, maar direct te komen met een voornemen met concrete aantallen en vestigingsplaatsen. Initiatieven tot investeren en bouwen worden weliswaar aan de sector over gelaten, maar in het eerstvolgende Elektriciteitsplan moeten dan wel besluiten zijn opgenomen. Kamer gaat akkoord mede doordat EZ er mee instemt af te zien van het voornemen een landelijk productiebedrijf voor elektriciteit te vormen.
De meeste reacties zijn voor de hand liggend, milieubeweging fel tegen en elektriciteitsbedrijven (althans zo zegt de SEP. Maar van de elf leden van de SEP zijn er nu maar 4 voor nieuwe kerncentrales, 4 zeker tegen en de ander drie ws. ook), en de werkgevers (VNO) zijn blij. De VVD ook, CDA is ‘kritisch’ en vindt dat er aan voorwaarden voldaan moet worden: aanvaardbare kosten, oplossing voor radioactief afval en voldoende maatschappelijk draagvlak. De PvdA wil er een hoofdpunt van maken in de campagne voor de verkiezingen in mei 1986 en wil dan het besluit terugdraaien. De waterleidingbedrijven zijn ‘beducht’.
De optie ‘opwerking’ wordt open gelaten. Niet opwerken is zelfs nog een beetje goedkoper, en ook de situatie op de uraniummarkt maakt opwerken niet noodzakelijk, schrijft het kabinet Lubbers. Het is ruim 10 jaar nadat het Kabinet Den Uyl een soortgelijke beslissing nam., met … jazeker, minister van EZ, Ruud Lubbers.
12 mogelijke locaties voor afvalopslag
De LOFRA, beter bekend als de in december 1984 ingestelde Commissie Geertsema, maakt een lijst bekend met 12 mogelijke locaties voor de interim-opslag van al het in Nederland geproduceerde radioactief afval. In februari waren dat er na een “globale verkenning“ nog 20 geweest en uiteindelijk moeten er drie overblijven, waar dan een definitieve keuze uit gemaakt moet gaan worden. Hoewel de opslag een normale industriële activiteit is; mag het terrein door de te verwachten risicobeleving niet grenzen aan woonbebouwing; het moet een aaneengesloten terrein van 30 hectare zijn; en de aanwezigheid van oppervlakte water voor lozing en koelwater; verder moet het een goede bereikbaarheid hebben.
Er is veel kritiek op de lijst met 12 locaties, de criteria en procedure. Geertsema reageert verbaasd: “Risico’s zijn er niet, griesmeel kan nog exploderen, maar dit afval niet. Totaal geen risico’s, totaal niet”, laat hij weten. De 12 zijn: Maasvlakte, Sloegebied, Wychen, Drachten, Bergen op Zoom, Klundert (Moerdijk), Oosterhout, Raamsdonk, Veendam, Delfzijl, Vlagtwedde en Hefshuizen.
Moerdijk krijgt 20 miljoen voor opslag
Terwijl het CDA in de Kamer pleit voor een “verantwoorde opslag“ heeft CDA-staatssecretaris Van Amelsvoort dan al in een vertrouwelijke brief de Commissie LOFRA (die daarvoor aangesteld is) buitenspel gezet door het Havenschap Moerdijk f 20 miljoen te bieden en te pressen akkoord te gaan met een vergunning voor de tijdelijke opslag terwijl er over milieueffecten niet gepraat wordt. De brief wordt op 21 juni bekend: Winsemius, die met de locatiekeuze bezig is voor die interim-opslag reageert erg boos omdat dat op z’n minst de indruk wekt dat de LOFRA niet serieus genomen wordt. Maar uit stukken de nacht erna ontvreemd uit het ministerie van EZ blijkt dat Winsemius wel degelijk van de brief op de hoogte was en dat een deel van het geld zelfs van z’n eigen ministerie afkomstig is! Politiek en maatschappelijk gezien is Moerdijk hierdoor wel een moeilijke keuze geworden...
PKB-avonden vol protesten
Van 2 t/m 6 september zijn er inspraakavonden voor de Planologische Kern Beslissing in de 5 mogelijke vestigingsplaatsen voor nieuwe kerncentrales. De discussie op die avonden kan niet meer gaan over de vraag óf er kerncentrales gebouwd moeten worden, maar over wat de 'meest geschikte' locatie is om ze te bouwen. Met de BMD nog vers in het geheugen wordt duidelijk dat veel mensen van dit soort inspraak niet gediend is. Bij de avonden in Heinkenszand (Borssele), Zevenbergen (Moerdijk), Noordoostpolder, Den Brielle (Maasvlakte),Uithuizen (Eemshaven) laten in totaal een paar duizend mensen hun ongenoegen blijken. In Den Brielle treedt de politie hard op; een vrouw wordt bewusteloos in een wurggreep afgevoerd en iemand wordt twee tanden uitgeslagen, hetgeen een persfotograaf doet verzuchten: “Als je op een voorlichtingsavond je mond open doet, slaan ze de tanden uit je bek.“ Vijf avonden PKB-inspraak ('een zuiver planologische discussie', wordt elke avond weer geroepen), betekend vijf avonden verzet.
Een maand later is er een terreinbezetting in Moerdijk op de mogelijke locatie voor een kerncentrale. Ruim 700 mensen doen aan de meerdaagse actie mee.
Nog twee locaties over voor de opslag van afval
De LOFRA brengt haar eindadvies uit aan de minister van VROM: Borssele en Moerdijk zijn de twee plaatsen die in aanmerking komen als locatie voor de interim opslag van radioactief afval. Er is een lichte voorkeur voor Borssele, onder andere omdat de gemeente Klundert (waar Moerdijk onder valt) een hele rits voorwaarden stelt voordat ze akkoord wil gaan. Bij Borssele zijn er weliswaar meer procedurele moeilijkheden te verwachten, maar de commissie denkt dat die planologische bezwaren eerder te overwinnen zijn dan de bestuurlijke van Moerdijk. Men verwacht dat de bouw in 1988 kan beginnen en de totale kosten worden geschat op 450-500 miljoen gulden. Een belangrijk kritiekpunt van de milieubeweging is dat met de keuze voor deze twee de locatiekeuze procedures voor de nieuwe kerncentrales tot een farce worden gemaakt. De Gedeputeerde Staten van Zeeland is op 16 september al akkoord gegaan met de komst.
In augustus is al een locatieonafhankelijke MER door de Covra aangevraagd. Op 29 januari ('86) laat de Voorlopige Commissie MER de minister weten bepaald niet tevreden te zijn over dat rapport. Zo is die veel te optimistisch over de mogelijkheid tot eindberging, worden de stralingsbelastingniveaus bij normaal gebruik en bij storingen niet voldoende onderbouwd en ontbreekt een heldere en hanteerbare beschrijving van hoe de opslag van afval van de bestaande en nog te bouwen kerncentrales moet worden aangepakt.
Alle locaties kerncentrales ongeschikt
Binnenlands Bestuur, het ‘vakblad voor bestuurlijk Nederland’, komt met de opening dat vrijwel alle geselecteerde locaties voor kerncentrales volgens de eigen milieunormen van het Rijk ongeschikt blijken. Dat blijkt uit berekeningen die aan de hand van de methodiek en normering van het IMP (Indicatief Meerjarenprogramma Milieubeheer) zijn gemaakt. De enige plaats waar binnen de berekende risico’s wel een kerncentrale gevestigd zou kunnen worden is de Maasvlakte, Maar ook in dat geval zijn de marges minimaal. Conform advies van de Gezondheidsraad is bij de selectie van de vestigingsplaatsen gebruik gemaakt van het systeem van de zogenaamde referentie vestigingsplaats. Bij deze methode wordt uitgegaan van een fictieve vestigingsplaats met daarbij veronderstellingen over de bevolkingsdichtheden op verschillende afstanden van de centrale. Toepassing van de recent door het kabinet vastgestelde IMP-normen leidt tot een veel scherpere selectie.
RARO: Borssele meest geschikt
De RARO (Raad van Advies voor de Ruimtelijke Ordening) vindt Borssele het meest geschikt voor de vestiging van een nieuwe kerncentrale. Noordoostpolder-west en de Eemshaven delen de tweede plaats. De locatie Moerdijk is volgens de RARO niet geschikt. De RARO is overigens wel verdeeld; een deel ziet de noodzaak niet in van nieuwe kerncentrales en geeft daarom ook geen advies, een ander deel aanvaardt de politieke realiteit.
In het najaar hebben de Samenwerkende Waterleidingbedrijven nog een studie uitgebracht waarin berekend wordt wat de gevolgen zijn van een ernstig kernongeval voor de drinkwatervoorziening in Nederland. Belangrijkste conclusie: bij een groot ongeluk in de vestigingsplaatsen rond het IJsselmeer zal het IJsselmeer drie jaar lang geen drinkwater kunnen leveren, terwijl alternatief drinkwater slechts voor een half jaar te krijgen is.
Kabinet: Borssele, Eemshaven en Maasvlakte geschikt
Het kabinet zegt dat er drie locaties definitief geschikt zijn voor de bouw van een kerncentrale: Borssele, Eemshaven en Maasvlakte. Naar de Westelijke Noordoostpolderdijk en Moerdijk komt nog nader onderzoek. De Provincies Groningen en Zuid-Holland reageren afwijzend en teleurgesteld. Noord-Brabant is ook teleurgesteld, maar dan weer over het “onnodige uitstel“, (de minister verwacht dat er niet voor zomer 1987 een vergunning kan worden aangevraagd), maar blij dat Moerdijk nog niet definitief is afgevallen.