- Politieke partijen:
- verkiezingsprogramma’s, stellingnames en stemgedrag (van specifieke partijen)
Grote deelname Kalkar-demonstratie
Eerste grote demonstratie met ruim 10.000 deelnemers tegen de bouw van Kalkar op het marktplein van dat Duitse dorp. De demonstratie is georganiseerd door (vooral) het Amsterdamse Anti-Kalkar Komitee en wordt vrijwel uitsluitend bijgewoond door mensen uit Nederland. In Duitsland is de anti-kernenergie beweging helemaal niet bezig met de bouw van de snelle kweekreactor. Het Anti-Kalkar Komitee bestaat uit politieke partijen CPN, PSP, PvdA en PPR. Een maand later, op 22 oktober bij een Kamerdebat over kernenergie, worden er 155.000 handtekeningen tegen de kweekreactor aangeboden.
Drie procent Kalkar-heffing
Nadat op 4 april de Kamer met 66 stemmen voor en 54 tegen, akkoord was gegaan (PvdA, PPR, PSP, CPN, D’66 en Boerenpartij stemden tegen) wordt vanaf 1 juli (hoewel ook wel 1 mei of zelfs 1 april als begindatum wordt genoemd) de 3% heffing op ieders elektriciteitsrekening van kracht. Dat bedrag moet geïnd worden om de Nederlandse deelname aan de bouw (die begonnen is op 24 april) van de snelle kweekreactor in het Duitse Kalkar te betalen. Lang en uitvoerig is er gepraat over hoe het geld bij elkaar gekregen moet worden; een energieheffing (dat wilde Defensie niet: te duur) of toch alleen op elektriciteit? De elektriciteitsproducenten zijn het daar niet mee eens, maar moeten zich er in schikken. De Haagse Post schrijft: “De Nederlandse machine-industrie kan zodoende kosteloos, d.w.z. op kosten van de Nederlandse elektriciteitsgebruiker, een portie know-how opdoen bij de uitvoering van een economisch dubieus en qua veiligheid nog veel twijfelachtiger project.“
De 3%-heffing wordt een belangrijke accelerator in het verzet tegen kernenergie in Nederland. Duizenden mensen (en organisaties, politieke partijen en zelfs tientallen gemeenteraden) weigeren de ‘kalkar-heffing’ te betalen; vele individuen worden door de elektriciteitsmaatschappijen afgesloten.
De regering haalt al snel bakzeil; in 1974 schrijft Lubbers in de Energienota dat, hoewel de beslissing pas kort geleden is genomen “er nu reeds aanleiding (is) dit project en de toekomst daarvan opnieuw op zijn verdiensten te bezien.“ Hij kondigt aan dat de heffing per 1 januari 1977 beëindigd wordt, hoewel er in de wettekst van uit gegaan wordt dat het tot beëindiging van de bouw door gaat (er wordt van uit gegaan dat dat 1979 zal zijn). Lubbers stelt ook een fonds in waar weigeraars hun geld op kunnen storten en haalt hiermee voor een deel de angel uit de strijd. Maar de kiem van een brede anti-kernenergie beweging is dan al gelegd.
In 1972 worden de kosten (incl. inflatie) van Kalkar op fl. 1,5 miljard geschat. Nederland zal daarvan 212 miljoen gulden betalen.
Tweede-Kamerverkiezingen, vorming kabinet-Den Uyl
Het politieke beeld verandert door de vervroegde verkiezingen door de val van het Kabinet-Biesheuvel op 29 november 1972 drastisch. KVP en CHU verliezen flink en PvdA en VVD winnen, terwijl ook de winst van de PPR fors is. Noch de vorige coalitie, noch de linkse partijen beschikken over een meerderheid. De formatie is zeer langdurig en leidt pas in mei 1973 tot de vorming van het kabinet-Den Uyl: PvdA, KVP, ARP, PPR en D66. Door de snelle verkiezingen handhaven vrijwel alle partijen hun programma uit 1971.
Tweede-Kamerverkiezingen, vorming kabinet-Biesheuvel
Grote winnaar is DS’70 van Drees jr. (nieuw met acht zetels). De zittende coalitie verliest haar meerderheid. De PPR komt, net als de Nederlandse Middenstandspartij, nieuw binnen met twee zetels. Door DS'70 bij de zittende combinatie te betrekken, kan in juli het kabinet-Biesheuvel worden gevormd. Bij deze verkiezingen is voor het eerst de opkomstplicht afgeschaft.
De CPN (alleen tegen Urenco waarin Nederland samenwerkt met de Bondsrepubliek), D66 (“krachtige sanering van de lopende projecten op het gebied van maatschappelijke toepassing van nucleaire energie is dringend noodzakelijk”) en de VVD (“kernenergie beloofd een rijke, goedkope en schone energiebron te worden“) hebben nu ook een passage over kernenergie in hun programma opgenomen. De PvdA is bezorgd over gebruik van vreedzame kernenergie voor militaire doeleinden, terwijl de ARP bezorgd is over de verontreiniging door radioactieve stoffen.
Tweede-Kamerverkiezingen, vorming kabinet-De Jong
Een spectaculaire winst voor nieuwkomer D66 en flink verlies voor KVP en PvdA zijn de belangrijkste verschuivingen. In april komt het centrum-rechtse kabinet-De Jong tot stand, waaraan KVP, VVD, ARP en CHU deelnemen. Bij deze verkiezingen hebben voor het eerst 21- tot 23-jarigen actief stemrecht.
Alleen ARP (Nederland moet met de tijd mee), KVP (kernenergie voor stijgende energie-behoeften) en PvdA hebben iets over kernenergie in het programma. De PvdA lijkt iets terug te komen op haar eerdere optimisme en pleit er nu alleen maar voor dat kernenergie onder controle van de IAEA moet komen.
CPN mag in commissie kernenergie
Leden van de Tweede Kamerfractie van de CPN worden weer toegelaten tot de vaste kamercommissies van (onder meer) kernenergie. Een motie die dat voorstelt wordt met 80 stemmen aangenomen. Sinds 1948 zijn de communisten uitgesloten van deelname van de commissies buitenlandse zaken, defensie, civiele verdediging, handelspolitiek en kernenergie.
Tweede-Kamerverkiezingen, vorming kabinet-Marijnen
De komst, met drie zetels, van de Boerenpartij, het verlies van de PvdA en het feit dat de KVP eenderde van alle zetels behaald, zijn de belangrijkste ontwikkelingen bij deze verkiezingen. In juli wordt de zittende combinatie voortgezet: KVP, VVD, ARP en CHU vormen het kabinet-Marijnen.
Vooral onder invloed van berichten over verhoogde straling door de vele bovengrondse kernproeven zijn er wat waarschuwingen, maar over het algemeen is er in programma’s (ARP, KVP, PSP en PvdA schenken er aandacht aan) een groot optimisme over wat kernenergie zal gaan brengen: “nieuwe mogelijkheden voor de vooruitgang van de gehele mensheid“, schrijft de PSP.
Ultracentrifugeonderzoek onder vuur
Dagblad De Waarheid (het orgaan van de Communistische Partij Nederland) komt met onthullingen over het ‘A-bom-onderzoek’ in Amsterdam en het oorlogsverleden van prof. Kistemaker die het ultra-centrifuge project in de gebouwen van de FOM aan de Kruislaan in Amsterdam-Oost leidt. Kistemaker wordt beticht tijdens de oorlog voor het Duitse Cellastic te hebben gewerkt en nog steeds samen te werken met Duitse (oud) nazi’s aan onderzoek “gewenst door de Duitse revanchisten”.
De weken daarna zijn er in De Waarheid steeds ‘nieuwe’ onthullingen over de “Duitse revanchisten die in Amsterdam aan hun atoombom werken“. De CPN geeft een brochure uit over het oorlogsverleden van Kistemaker en het onderzoek: ‘Kistemaker en de Duitse A-bom’. Het protest culmineert in een grote demonstratie van duizenden mensen op 26 november onder het motto: “Voor een Atoomvrij Nederland - Geen hulp aan Duitse Revanchisten.”
De affaire en publicaties worden door de rest van de media vrijwel volledig doodgezwegen en afgedaan als “communistische propaganda” in de hoogtijdagen van de Koude Oorlog. Pas later, in 1971, als het boek van Wim Klinkenberg verschijnt (De ultracentrifuge 1937-1970. Hitlers bom voor Strauss?), hoort het niet-communistische deel van Nederland over het onduidelijke oorlogsverleden van ‘de vader van de Nederlandse kernenergie’.
Tweede-Kamerverkiezingen, vorming kabinet-De Quay
Omdat de PvdA verliest bij deze door de val van het kabinet Drees vervroegde verkiezingen, wordt de KVP de grootste partij. De PSP verschijnt voor het eerst in de Kamer. In mei vormen KVP, CHU, ARP en VVD het kabinet-De Quay
De meeste partijen handhaven het programma van 1956, maar de ARP heeft een passage over kernenergie ("van vitaal belang") opgenomen.
PvdA en de kernenergie
De Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau van de PvdA, komt met de publicatie: ‘De uitdaging van het atoom’. Door dit rapport slaat de ambivalente houding van de partij ten opzichte van kernenergie om en wordt de partij een warm pleitbezorger. Dit zal goed te zien zijn aan de komende verkiezingsprogramma’s.
Belangrijke aanbeveling is het instellen van een financieringsfonds voor kernenergie. Een voorstel dat jaren later realiteit zal worden met de instelling van het fonds Nucleaire Ontwikkeling. Posthumus, de schrijver van het rapport en "atoom-specialist" van de PvdA, vindt dat er op korte termijn 100 miljoen op de begroting moet komen voor de ontwikkeling van kernenergie “in plaats van die onnozele paar miljoen die we nu hebben”.