Voorkeur voor Nederlandse bedrijven bij bouw volgende centrale
De minister van Economische Zaken (Nelissen) aanvaardt een nota van de Industriële Raad voor de Kernenergie. Het gaat over de wijze van bestellen van de derde kernenergiecentrale en wordt geschreven uit onvrede over de aanbesteding van de kerncentrale in Borssele. Voorgesteld wordt om bij het vragen van offertes en indien bevredigend ook bij het bestellen ervan, zich te beperken tot één of meer groepen van de Nederlandse ondernemingen die een samenwerkingsovereenkomst zijn aangegaan met een voor de elektriciteitsbedrijven aanvaardbare buitenlandse know-how-gever.
Productie splijtstofelementen
Philips stopt met haar kernenergieactiviteiten, maar maakt een uitzondering voor UCN, waar ze aandeelhouder van blijft. Directe aanleiding is de beslissing van de PZEM om de order voor de kerncentrale in Borssele niet aan Nederlandse bedrijven te gunnen (hoewel ze 70 % van de werkzaamheden gaan doen) en de productie van splijtstofelementen daarvoor door een bedrijf in het buitenland gebeurt. Verder zijn er problemen met de GKN/SEP over de tweede levering van elementen voor Dodewaard. GKN besluit tot een open inschrijving daarvoor en een Engels bedrijf (in plaats van Philips) gaat met de order strijken.
De RCN neemt een deel van de fabricageapparatuur van Philips over en wil een productielijn opzetten met genoeg capaciteit voor de jaarlijkse herladingen van de Dodewaard en Borssele centrales.
Oprichting Werkgroep Atoom, begin georganiseerd protest
Tot begin jaren zeventig kan men weliswaar af en toe kritiek op kernenergie horen, maar is er van georganiseerde oppositie geen sprake.
Dat verandert snel in de zomer van 1971 als de Amsterdamse lerares Jannie Möller op bezoek in Zwitserland brochures over kernenergie leest. Terug in Amsterdam verspreidt ze een aantal exemplaren van de brochure en komt in contact met andere verontrusten. De Werkgroep Atoom ziet het licht, eerst als Amsterdamse groep, maar al snel met ook mensen van buiten de stad. De Werkgroep wordt algemeen gezien als de eerste actiegroep tegen kernenergie. Men publiceert vooral in weekblad De Nieuwe Linie en in februari 1972 verschijnt er een ‘kernenergie-special’ van ‘De Paniekzaaier’ het blad van de Kabouters. In 1972 schrijft werkgroep-lid Roel van Duijn het boek ‘Bloed’ over een bloedgekoelde kweekreactor, dat in januari 1974 als docudrama door de KRO wordt uitgezonden (op 1 van de 2 Nederlandse tv-zenders). In 1973 wordt de naam veranderd in Werkgroep (Kern)Energie en in 1975 wordt het de Bezinningsgroep Energiebeleid. De leden zijn vooral wetenschappers en (oud) werknemers uit nucleaire industrie (RCN en Dodewaard).
Eind jaren ‘60, begin jaren ‘70 groeit het milieubesef snel, mede door het ‘Rapport van de Club van Rome’, getuige de oprichting van veel milieuorganisaties, onder andere Strohalm (1970) de Raad voor de Milieudefensie (begin 1971) en Stichting Natuur en Milieu (1972). Veel van die landelijke organisaties richten vanaf midden jaren ’70 hun aandacht vooral op kernenergie.
Rond de kerncentrales roert er zich dan ook al het een en ander. In juli 1972 komt naar aanleiding van een ingezonden stuk in de regionale krant PZC een aantal over de kerncentrale Borssele verontruste mensen bij elkaar en richten de actiegroep ‘Borssele ad hoc’ op. Het is een van de eerste lokale groepen die zich specifiek tegen kernenergie richt. In 1970 is in Zeeland al de Vereniging Milieuhygiëne Zeeland opgericht. Deze vereniging houdt zich ook (maar zeker niet specifiek) bezig met problemen rond de kerncentrale in Borssele. In Almelo is, als uitvloeisel van de in 1969 opgerichte werkgroep ‘Ultracentrifuge’ al in 1970 ‘Urania’ ontstaan die zich zeer kritisch opstelt ten opzichte van de verrijkingsfabriek en in Arnhem ontstaat in 1973 ‘Paarse September’ die protesteert tegen de KEMA-reactor. In 1974 ontstaat naar aanleiding van de onrust over opslag van radioactief afval in de open lucht op het kerncentrale terrein de Stroomgroep Dodewaard. In september 1972 is dan al op initiatief van de PPR door de CPN, PvdA CPN, D66, PPR, PSP het Anti-Kalkar Komitee opgericht.
Maar er zijn dan ook al groepen bezig met alternatieve energie, zo is er in 1972 al een congres op de TH Eindhoven over zonne-energie en wordt ook De Kleine Aarde opgericht met het ‘low-energy’ huis.
Informatie alleen voor insiders en deskundigen?
De PZEM krijgt een vergunning voor “de exploitatie van een inrichting waarin kernenergie kan worden vrijgemaakt.“ De Vereniging Milieu Hygiëne Zeeland gaat in beroep tegen het verlenen van de vergunning, maar is niet de enige: er worden 4000 bezwaarschriften ingediend. Een deel van de herziene versie van het veiligheidsrapport, dat vanaf november ter inzage komt te liggen op het Gemeentehuis, is in het Duits. “Iedere geïnteresseerde spreekt Duits“ krijgt men verbaasd te horen als daar over geklaagd wordt. Dat de vergunningsaanvragers en -gevers het graag een discussie van ‘insiders’ en ‘deskundigen’ wil laten zijn, blijkt o.a. in 1973, als ook sommige stukken bij de vergunningsaanvraag van de KSTR in het Engels zijn. Een vertaling is niet nodig want “de minister is namelijk van mening dat het bewuste rapport alleen leesbaar is voor mensen die ook in staat zijn de Engelse tekst te vertalen.“
Overzicht storingen in kerncentrales 1972
Overzicht van de storingen die bekend zijn geworden in de Nederlandse kerncentrales in het afgelopen jaar: in Dodewaard waren er dat drie en (bij de bouw van) Borssele één. Vanaf 1980 zal er, op verzoek van het parlement, een jaarlijks overzicht komen gemaakt door de Kernfysische Dienst. We staan niet in voor de volledigheid van de door ons uit openbare bronnen samengestelde overzichten tot 1980.
Beslissing Borssele-II al genomen?
De Zeeuwse bevolking wordt opnieuw gesterkt in haar vermoeden dat de beslissing over een 2e kerncentrale in Borssele, althans voor wat betreft de PZEM, al genomen is. Op deze prinsjesdag organiseren Péchiney en GS Zeeland in Middelburg samen een persconferentie waarop de plannen voor uitbreiding van Péchiney gekoppeld wordt aan de wens een tweede kerncentrale te bouwen. Een week ervoor had Bakker van de SEP al via de PZC laten weten dat voor het einde van het jaar een beslissing zal moeten worden genomen over de bouw van een tweede kerncentrale. Péchiney maakt ook bekend dat het ontheffing gevraagd heeft van de Kalkar-heffing (maar, naar later blijkt, niet krijgt).
Borssele opgestart en overgedragen
Op 19 juni krijgt PZEM van de ministers van EZ, Lubbers, en van V&M, Vorrink, de vergunning om de kerncentrale in werking te stellen. Eind juni begint dan het opstarten en testen van de centrale in 5 fases. Er zijn diverse ‘kinderziektes’: klein brandje binnen, diverse lekkages, mosselen groeien in het koelwaterkanaal waardoor er onvoldoende koelwater wordt aangezogen.
Op 25 oktober wordt de kerncentrale officieel door bouwbedrijf KWU overgedragen aan PZEM nadat de centrale op 12 oktober aangesloten is op het Nederlands koppelnet. Het verrijkt uranium voor de brandstof komt via Euratom uit de VS.
Energiedebat van de Provinciale Staten van Zeeland
De Provinciale Staten van Zeeland gaan na lang debat akkoord met de vestiging van Borssele-II. Op 2 november had een meerderheid van het college van Gedeputeerde Staten zich al uitgesproken voor de bouw van een tweede kerncentrale. In Middelburg is op 10 november gedemonstreerd tegen de mogelijke bouw. Ruim 300 mensen lopen mee onder het motto 'Zeeuwen loop voor je leven'. Er worden meer garanties voor de veiligheid voor de Zeeuwse bevolking, zowel wat betreft de veiligheid van de centrale als wel van het radioactieve afval, geëist.
Overzicht storingen in kerncentrales 1973
Overzicht van de storingen die bekend zijn geworden in de Nederlandse kerncentrales in het afgelopen jaar: In totaal zijn er dat zes, twee in Dodewaard en vier in Borssele. Vanaf 1980 zal er, op verzoek van het parlement, een jaarlijks overzicht komen gemaakt door de Kernfysische Dienst. We staan niet in voor de volledigheid van de door ons uit openbare bronnen samengestelde overzichten tot 1980.
Rotterdam Nucleair opgericht
De laatste handtekeningen worden gezet door RSV en General Electric die samen (met het ook Amerikaanse bedrijf CBI) de joint venture Rotterdam Nucleair willen gaan vormen. Dit om beter voorbereid te zijn op een volgende order in Nederland, maar ook voor verdere penetratie van de Europese en Amerikaanse markt. RDM (sinds 1971 een dochtermaatschappij van RSV), is al lang actief in de bouw van reactorvaten. Er zijn al 19 vaten gebouwd (waaronder die van Dodewaard en Borssele) of in opdracht. Vestigingsplaats is Rotterdam en alle werknemers komen van RDM. De capaciteit bedraagt 5 tot 7 vaten per jaar. Door een grote nieuwe hal die in juni 1970 in bedrijf is genomen had RDM zelf al een capaciteit van 4 vaten per jaar.