Energierapport "Nu voor later'
Minister Brinkhorst (EZ) publiceert ‘Nu voor later’ het Energierapport 2005, waarin kernenergie een bescheiden rol speelt (1,5 pagina), met als conclusies: meer energiebesparing, groter aandeel duurzame energie; meer innovatie en spreiding van energiebronnen zijn noodzakelijk. “Naast kolen is kernenergie in Europa van blijvende betekenis ter overbrugging naar een duurzame energiehuishouding. Bouw van nieuwe centrales in Nederland ligt om diverse redenen niet voor de hand.” “Maar gelet op de voorzieningszekerheid op langere termijn kan het kabinet een toename van het gebruik van kernenergie niet uitsluiten". En stelt heel duidelijk dat “het initiatief aan de marktpartijen“ is. Verder zal het nucleaire onderzoek op peil worden gehouden, omdat “het kabinet hecht aan het behoud van de bestaande nucleaire expertise.” Er worden “randvoorwaarden“ aangekondigd zodat “glashelder“ is waar “eventueel“ te bouwen kerncentrales in de toekomst aan moeten voldoen, waarbij de aandacht in het bijzonder uit gaat naar financiële zekerheid van de “afvalproblematiek en de nazorg.” Intussen wil de regering wel de zeggenschap over de bodem naar zich toetrekken. Zo staat het in de Mijnbouwwet. Maar het Noorden eist dat de Kamer dit tegenhoudt. Dit gebeurt in maart 2006.
Nu voor later. Energierapport 2005 [pdf]
EC houdt vast aan tijdschema ondergrondse opslag
Na veel kritiek op de EC richtlijn uit januari 2003 dat elk land in 2008 een locatie moet aanwijzen voor de ondergrondse opslag van kernafval, stelde de EC op 8 september 2004 voor dat elke lidstaat “de mogelijkheid moet bestuderen om de voorkeur te geven aan de oplossing van de diepe ondergrondse opslag.” Elke lidstaat moet - als er nog geen ondergrondse opslag is - in een tijdtabel aangeven wanneer een vergunning voor het onderzoek van de gekozen opslagplaats afgegeven zal worden én wanneer de vergunning voor het begin van de opslag verwacht wordt. In november 2005 laat de Europese Commissie weten aan dit plan vast te houden. Finland wil in de 2e helft van 2006 (wanneer het voorzitter is) dit plan weer oppakken en afronden. Er is echter nog steeds geen gekwalificeerde meerderheid voor een verplichtende richtlijn om deze kwestie te regelen (een aantal lidstaten wil dat niet via een richtlijn). Als het plan toch onveranderd aangenomen wordt, moet dus ook de Nederlandse regering weer gaan studeren op opslag in zoutkoepels en kleilagen. Ook kan er vanuit de EC grote druk komen om nu eindelijk eens over te gaan tot proefboringen in de zoutkoepels en ander onderzoek. Niet voor niets houden de plannen immers “een verplichte verhoging van de onderzoeks- en ontwikkelingsinspanning terzake“ in.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2005
In 2005 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 23 storingen voorgedaan: waarvan 13 in Borssele, 2 bij de Covra, 6 bij NRG, (w.o. HFR) en 2 bij de verrijkingsfabriek Urenco in Almelo. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de nucleaire installaties in 2005 dat de Kernfysische Dienst gepubliceert in augustus 2006.